Boegen
(boegde, heeft geboegd), (w. g.) koersen, zeilen, varen.
Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)
Het voorste gedeelte van de scheepsromp, in het bijzonder de gebogen wanden van de romp aan beide zijden van de voorsteven.
Jacob van Lennep (1865)
o.w. - (veroud.) Varen, zeilen. Nu boegt hy, waar de zon de Cingalezen roost. J. de Marre.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: