Wat is de betekenis van Blokfluit?

2024-04-24
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

blokfluit

houten blaasinstrument. houten blaasinstrument in de vorm van een dunne, holle cilinder met vingergaten en een mondstuk waarin een blokje van een andere houtsoort is aangebracht, zodat een spleet wordt gevormd en waarin bovenaan een opening zit waardoor een deel van de ingeblazen lucht ontsnapt. Voorbeelden: Er bestonden nog geen sax...

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

blokfluit

blokfluit - Zelfstandignaamwoord 1. (muziekinstrument) een eenvoudig houten blaasinstrument dat recht voor de mond wordt bespeeld Door de constructie van de kop van een blokfluit is het blazen van een toon vrij gemakkelijk. Met een blokfluit bedoelt men m...

2024-04-24
XYZ van de klassieke muziek

Katja Reichenfeld (2003)

Blokfluit

Een blokfluit is een houten blaasinstrument met een blokje als mondstuk en acht vingergaatjes, waarvan één voor de duim. De 'blokfluitfamilie' telt acht leden, in hoogte oplopend van bas tot sopraninoblokfluit. Het instrument werd in de 'kunstmuziek' waarschijnlijk voor het eerst gebruikt in Italië in de 14e eeuw. De eerste blokfluitmethode werd ui...

2024-04-24
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

blokfluit

blokfluit - Europese, doorgaans houten bekfluiten met zeven vingergaten en één duimgat.

2024-04-24
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Blokfluit

houten blaasinstrument, dat in tegenstelling tot de dwarsfluit in de lengterichting wordt geblazen. De toon is zacht en welluidend.

2024-04-24
Muziekencyclopedie

S. van Ameringen (1962)

blokfluit

houten blaasinstrument dat in tegenstelling tot de dwarsfluit recht voor de mond gehouden wordt. Sinds de 11de eeuw bekend, na ca 1750 door de dwarsfluit verdrongen; na 1912 dank zij het pionierswerk van A. Dolmetsch weer veel bespeeld. Blokfluiten worden gebouwd in sopraan-, alt-, tenor- en basuitvoering.

2024-04-24
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Blokfluit

v. (-en), houten fluit zonder kleppen.

Wil je toegang tot alle 17 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Blokfluit

is de naam voor een familie van fluiten, die in tegenstelling met de in het symphonisch orkest gebruikelijke „dwars”fluiten bij de bespeling recht voor de mond gehouden worden. De aanblazing geschiedt door een blok (snavel, bek) met een kernspleet, die de luchtstroom richt op een houten rand: de lip. De daardoor optredende...