Wat is de betekenis van blindhout?

2024-04-20
Lexicon voor de kunstvakken

Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)

blindhout

Blindhout is het houtwerk (zie hout (1)) waarop fineer is aangebracht.

2024-04-20
De grote encyclopedie van het antiek

Jan Durdik en anderen (1970)

Blindhout

hout waarop oplegbladen van een fijnere houtsoort worden gelijmd.

2024-04-20
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Blindhout

noemt men het hout, dat b.v. in de meubelindustrie door het oplijmen van een dunne plaat fineerhout wordt afgedekt. Doel van deze bewerking is besparing van kostbaar hout en bovendien vermindering van het werken van het hout, hetgeen vooral bereikt wordt, wanneer men voor het b. een weinig aan trek en krimp onderhevige houtsoort kiest. Voor b. word...

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Blindhout

o., (meub.) hout waarop oplegbladen van een fijnere houtsoort worden bevestigd.

2024-04-20
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Blindhout

Blindhout - goedkoop constructie-hout, waarop oplegbladen van kostbaarder houtsoorten worden gelijmd (fineer-hout).

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

blindhout

o. hout met oplegbladen van een fijnere houtsoort.

2024-04-20
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Blindhout

Blindhout - het hout, waarop oplegbladen van een fijner of kostbaarder houtsoort (fineer) gelijmd worden.

2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Blindhout

o., hout waarop oplegbladen van een fijnere houtsoort (fineerhout) zijn bevestigd.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Blindhout

BLINDHOUT, o. (meub.) hout waarop oplegbladen van eene fijnere houtsoort worden bevestigd.

Gerelateerde zoekopdrachten