Wat is de betekenis van Blindeman?

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

blindeman

1) (19e eeuw) (zeem.) leerling-roerganger. • Met goed weder is er slechts een blindeman aan het roer ... (G.P.J. Mossel: Manoeuvres met zeil- en stoomschepen. 1865) • Blindeman, a. oudt. helper van de roerganger (de- geen die het stuurrad bedient) op schepen met een handstuurinrichting, die veel kracht vereiste; 6. tegenwoordi...

2024-04-25
Jargon & Slang van Matrozen en mariniers

Marc De Coster (2017)

Blindeman

Blindeman - (mar.) leerling-roerganger.

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Blindeman

s., blineman; -netje spelen, blyndoek(je)-boartsje, kaperman-boartsje, kaepmomme-boartsje.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Blindeman

m. (-s, -nen), 1. blinde; 2. de persoon die geblinddoekt is bij het spel van blindemannetje; 3. (zeew.) helper van de roerganger, alleen omkracht aan te brengen; 4. drekhoop op straat of in het veld.

2024-04-25
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Blindeman

is de helper van een „roerganger” (de man die het stuurrad bedient en daarmede het schip stuurt). Op schepen, voorzien van een handstuurinrichting (zoals men die vroeger o.a. op alle zeilschepen vond), had vaak één man niet voldoende kracht om het roer te bedienen en werd hem een blindeman ter assistentie toegewezen...

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

blindeman

m. blindemannen, blindemans (blinde).

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

blindeman

(blində’man) m. (-nen,-s) blinde.

2024-04-25
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Blindeman

Blindeman - De handstuurbeweging op een groot schip, d.w.z. die beweging, waarbij het draaien van het stuurrad mechanisch door rollen, kettingen en staaldraadreepen op het roer wordt overgebracht, gaat zoo zwaar, dat het roer door één man niet vlug genoeg zou zijn over te leggen. De man, die daarbij den roerganger het stuurrad helpt draaien, heet „...

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Blindeman

m. (-nen, -s) 1. blinde; 2. de persoon die geblinddoekt is bij het spel van blindemannetje; 3. helper van de roerganger, alleen om kracht aan te brengen of ook om te leren sturen; 4. drekhoop op straat of in het veld.