Wat is de betekenis van Blanken?

blanken - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord blanke

Blanken, Jan, Nederlands waterbouwkundige, *15.11.1755 Bergambacht, +17.7.1838 Vianen. Blanken werd in 1808 inspecteur-generaal van de waterstaat. Op 2.2.1811 werd hij door Napoleon benoemd tot inspecteur-generaal van de bruggen en wegen. Zijn belangrijkste werk was de aanleg van het Noordhollands Kanaal (1818-1824).

Blanken (Jan), Nederl. waterbouwkundige, geb. te Bergambacht, 15 Nov. 1755, werd in 1775 ordinaris-opzichter op de eil. Voome, Goedereede en Over-Flakkee, arbeidde gedurende den oorlog met Engeland van 1779—83 onder generaal de Graaff aan het verdedigbaar maken der Nederl. kust, werd 5 Aug. 1785 luitenant bij de artill., zag in 1790 zijn antwoorden...

Gerard Hendrik, Ned. taalkundige, 1902 Varsseveld. Hij studeerde klassieke talen in Leiden, was leraar en promoveerde in 1949 in Leiden op Introduction à une étude du dialecte grec de Cargèse (Corse). In 1954 werd hij hoogleraar te Amsterdam voor Laatgriekse taal- en letterkunde; van 1956—67 was hij hoogleraar Nieuwgrieks...

Blanken, een uitstekend Nederlandsch waterbouwkundige, werd geboren te Berg­Ambacht den 15den November 1755 en op 20-jarigen leeftjjd aangesteld tot eersten ordinaris opzigter op de eilanden Voome, Goedereede en Over-Flakkee. Gedurende den oorlog met Engeland (1779—1783) werkte hij onder den generaal der genie C. J. de Graaff a...