Wat is de betekenis van blaassteen?

2024-04-25
Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen en Arnoud van den Eerenbeemt (2010)

blaassteen

Een steentje in de urineblaas. Blaasstenen ontstaan meestal niet in de blaas zelf. Het zijn vaak nierstenen, die vanuit de nieren via de urineleider in de blaas zijn terechtgekomen. Ze zijn dan nog niet groter dan korrels en daardoor smal genoeg om normaal gesproken zonder pijn door de plasbuis te kunnen worden uitgeplast. Maar als bijvoorbeeld een...

2024-04-25
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Blaassteen

calculus vesicae, een in de urineblaas aanwezig hard insluitsel, soms in de blaas ontstaan, soms een door de ureter afgevoerd niersteentje. De meest gewone blaasstenen bestaan uit oxalaat, soms uit cystine of fibrine (uit bloedstolsels ontstaan). De klachten bestaan uit veelvuldig (zichtbaar!) bloedwateren en vooral pijn. Het pijnlijkste zijn de kl...

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Blaassteen

m. (...stenen), steen in de pisblaas.

2024-04-25
Polulaire Geneeskundige Encyclopaedie

Dr. Ch. Bles (1929)

Blaassteen

Calculus vesicae, kan zoowel in de nier als direct in de blaas ontstaan, soms zeer klein, soms grooter dan een kippenei. De verschijnselen bestaan in pijn en stoornissen bij het wateren; de urinestraal wordt soms tijdens het urineeren plotseling onderbroken; nu en dan bloedwateren, ook wel bij aanwezigheid van ontsteking der blaas etter in d...

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Blaassteen

m. (-stenen), chemisch neerslagprodukt in de urineblaas. Het begin van de steenvorming is de kern. Hij bestaat uit een neerslag van zouten uit de urine op de blaaswand (b.v. bij chronische blaasontsteking ten gevolge van blaasretentie), of op een vreemd voorwerp in de blaas (catheter, blaaspoliep, blaaskanker). De behandeling bestaat uit verwijderi...

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Blaassteen

BLAASSTEEN, m. steen in de pisblaas; zie GRAVEEL.

Gerelateerde zoekopdrachten