Wat is de betekenis van binoculair?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

binoculair

binoculair - Bijvoeglijk naamwoord 1. (optica) voor twee ogen Een binoculaire verrekijker. Antoniemen monoculair

2024-04-24
Encyclopedisch woordenboek van de psychologie

Piet van der Ploeg (2007)

binoculair

Hiermee wordt bedoeld dat iets betrekking heeft op beide ogen. Het zien met beide oren is noodzakelijk voor zogenaamde stereo- of ruimtelijk en correct zien. Voor psychologen is het van belang dat bij onderzoeksmetingen waarbij beide ogen betrokken zijn er geen vertekening plaats vindt die veroorzaakt wordt door een binoculair verschil.

2024-04-24
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Binoculair

[Fr. binoculaire] I zn binoculaire microscoop; II bn voor twee ogen, met twee oculairen (zie oculair).

2024-04-24
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Binoculair

met of voor beide ogen

2024-04-24
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Binoculair

wil zeggen: met twee ogen. B. zien, het zien met beide ogen, geeft de mens de mogelijkheid ruimtelijk te zien en afstanden te schatten, doordat linker- en rechteroog een voorwerp vanuit iets verschillende richtingen waarnemen. Een b. instrument is gebouwd voor gebruik met beide ogen, b.v. binoculair-microscoop, binoculairprismakijker en toneelkijke...

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Binoculair

(Fr.), bn. bw., met of voor beide ogen.

2024-04-24
Polulaire Geneeskundige Encyclopaedie

Dr. Ch. Bles (1929)

Binoculair

wat betrekking heeft op beide oogen.

2024-04-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Binoculair

[Fr.], bn. en bw., met beide ogen gezien; ook: voorzien van twee oculairen: een binoculaire microscoop.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)