Wat is de betekenis van Binnentreden?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

binnentreden

binnentreden - Werkwoord 1. (intr) (formeel) in een afgesloten of begrensde ruimte gaan Woordherkomst samenstelling van binnen en treden Verwante begrippen intocht, intrede

2024-04-20
Begripppenlijst Tweede Kamer

Winish Ganesh (2012)

Binnentreden

De Wet op het binnentreden geeft antwoord op de vraag wanneer er mag worden binnengetreden in iemands woning. Wanneer een persoon of meerdere personen in groepsverband worden aangemerkt als zijnde verdachte in de zin van artikel 27 van het Wetboek van Strafvordering, heeft het Openbaar Ministerie bepaalde bevoegdheden om eventuele strafbare feiten...

2024-04-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Binnentreden

v., (der) ynkomme.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Binnentreden

(trad binnen, is binnengetreden), de voet zetten in, inz. in huis, in een kamer; oneig.: zijn intrede doen.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

binnentreden

('binnәn) (trad binnen, is binnengetreden) 1. binnen het huis, de kamer of een andere bepaalde ruimte treden. 2. binnen een bepaalde kring komen: de maatschappij, de wereld -.

2024-04-20
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Binnentreden

(trad binnen, is binnengetreden), de voet zetten in, m.n. in huis, in een kamer; (oneig.) zijn intrede doen. Het binnentreden van woningen moet in Nederland op grond van art. 172 ow door een wet in formele zin (b.v. artt. 120 vlg. WSv) aangegeven worden, m.n. in welke gevallen tegen de wil van de bewoner diens huis mag worden binnengetreden. Het aa...

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Binnentreden

BINNENTREDEN, (trad binnen, is binnengetreden), in huis, in de kamer treden.