Wat is de betekenis van billijken?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

billijken

billijken - Werkwoord 1. (ov) goedkeuren of toestaan Ik kan het gedrag van die jongen niet billijken.

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Billijken

v., binlikje, billikje, ynskikke.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Billijken

(billijkte, heeft gebillijkt), billijk vinden; goedkeuren, gepast achten: iemands reden billijken; dat kan ik billijken, dat zal ik niet afkeuren.

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

billijken

billijkte, h. gebillijkt (voor billijk houden; goedkeuren; rechtvaardig, redelijk, rechtmatig keuren): iems. gedrag niet billijken.

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

billijken

(billijkte, heeft gebillijkt) billijk vinden: iemands gedrag -. Syn. goedkeuren. Tgst. afkeuren.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Billijken

(billijkte, heeft gebillijkt), billijk vinden; goedkeuren, gepast achten: iemands reden -; dat kan ik -, dat zal ik niet afkeuren.

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Billijken

BILLIJKEN, (billijkte, heeft gebillijkt), goedkeuren iemands reden billijken, billijk vinden; — dat kan ik billijken, dat zal ik niet af keuren. BILLIJKING v.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)