Wat is de betekenis van bijval?

bijval - Zelfstandignaamwoord 1. openlijk geuite instemming, applaus, steun ♢ Hij kreeg direct bijval van medestudenten. ♢ De minister die veel kritiek kreeg was blij met elke bijval die hij ontving. bijval - Werkwoord 1. (in een bij...

bijval - zelfstandig naamwoord uitspraak: bij-val 1. teken dat men het ermee eens is ♢ hij kreeg geen bijval uit de zaal Zelfstandig naamwoord: bij-val de bijval Synoniemen ondersteuning

Een goedkeuring van een plan. Soms willen vlijers ons echter met hun bijval op het verkeerde spoor zetten - ons met slechte raad ‘bijstaan’.

s., byfal; — vinden, ynslaen, byfal dwaen, jaen, der yn falle.

...

m. (-len), zich openlijk uitende instemming: die maatregel vond grote bijval; goedkeuring, toejuiching : bijval oogsten, inoogsten, schenken.

m. (1 instemming, goedkeuring, waardering; 2 tekenen van goedkeuring; applaus; 3 onverwacht voordeel): 1. dit voorstel vond algemene bijval; 2. met donderende bijval een voorstel begroeten; 3. dat is een aardige bijval.

('bij) m. (-len; -letje) 1. goedkeuring die men luid kenbaar maakt: dat plan vond -; met donderende een voorstel begroeten. Syn. goedkeuring, instemming. 2. onverhoopte winst: een welkome -; een -letje. Syn. buitenkans, meevaller. Tgst. →: tegenslag.

m., instemming die zich openlijk uit: die maatregel vond grote bijval; goedkeuring: bijval oogsten, bijval schenken; applaus.