Wat is de betekenis van Bijaldien?

2024-04-20
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

bijaldien

Met het gevolg dat -; ook: doordat; indien. De beroepsrenners schenen dit echter niet te waarderen en van spektakel of spanning was er meestal weinig sprake, bijaldien de inrichters er in 1967 ontgoocheld de brui aan gaven, Gazet v. Antw. 11/4/1977.

2024-04-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Bijaldien

conj., byhwannear’t.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bijaldien

voegw., 1. (deftig) ingeval; — bijaldien ook, zelfs wanneer; 2. (Zuidn.) doordat.

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bijaldien

vgw. (ingeval, indien).

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bijaldien

(bijal'di:n) vgw. Veroud. ingeval dat. Syn. →: als.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Bijaldien

BIJALDIEN, voegw. (deftig) ingeval; — bijaldien ook, zelfs wanneer.

2024-04-20
Handwoordenboek van Nederlandsche synoniemen

J.V. Hendriks (1898)

Bijaldien

zie Wanneer.