bieder
bieder - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die een bod doet, bijv. op een veiling/afslag ♢ De hoogste bieder. Woordherkomst Van de stam van bieden met het achtervoegsel -er.
Wiktionary (2019)
bieder - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die een bod doet, bijv. op een veiling/afslag ♢ De hoogste bieder. Woordherkomst Van de stam van bieden met het achtervoegsel -er.
Nu slechts 21,95!
Getty Research Institute (1990)
bieder - Zij die tijdens een veiling of aanbesteding voor een contract een bepaalde som bieden als prijs die zij willen betalen of in rekening zullen brengen.
Fa. A.J. Osinga (1952)
s., bieder; de hoogste — zijn (bij voorlopige veiling), der oan stean.
Dr. H. W. J. Kroes (1951)
braaf, rechtschapen; in biederem Tone, op gemoedelijke toon.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-s), hij die biedt, die een bod doet.
M. J. Koenen's (1937)
m. bieders: de hoogste bieder.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.