Wat is de betekenis van bezuinigen?

2024-10-06
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-10-06
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bezuinigen

bezuinigen - Werkwoord 1. (inerg) (economie) door zuinig met geld of iets anders om te gaan de uitgaven verminderen, ergens minder middelen aan besteden U kunt thuis veel energie bezuinigen. De overheid kan meer belastingen heffen, meer bezuinigen, meer s...

2024-10-06
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bezuinigen

bezuinigen - regelmatig werkwoord uitspraak: be-zui-ni-gen 1. minder geld uitgeven ♢ we moeten bezuinigen op de schoonmaakkosten Regelmatig werkwoord: be-zui-ni-gen ik bezuinig jij/u bez...

2024-10-06
Politiek woordenboek

Marco Bunge (1985)

Bezuinigen

Verminderen van collectieve uitgaven van de overheid en van de sociale verzekeringen.

2024-10-06
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Bezuinigen

v., bisunigje, bikloekje, útsunigje, útsparje, útwinne, útskroarje, bigoarje; tijdig —, yntiids de seilen reve.

2024-10-06
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-10-06
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bezuinigen

(bezuinigde, heeft bezuinigd), 1. door beperking der uitgaven of van het verbruik uitsparen, uitzuinigen: op de begroting van oorlog moet bezuinigd worden ; thans veelal absoluut: er moet bezuinigd worden ; wij moeten bezuinigen, onze uitgaven bekrimpen.

2024-10-06
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bezuinigen

bezuinigde, h. bezuinigd (door zuinig te zijn uitsparen): op de uitgaven bezuinigen; refl. we moeten ons wat bezuinigen.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-10-06
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bezuinigen

(bə'zuinəgən) (bezuinigde, heeft bezuinigd) 1. door zuinigheid uitsparen : op zijn inkomen veel –. Tgst. →: doorbrengen. 2. z i c h –, zich in zijn uitgaven bekrimpen.