Wat is de betekenis van Bezigen?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bezigen

bezigen - Werkwoord 1. (ov) gebruik maken van iets Er werden woorden gebezigd die beter niet gesproken hadden kunnen worden. Woordherkomst Afgeleid van bezig

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bezigen

bezigen - regelmatig werkwoord uitspraak: be-zi-gen 1. er zo mee omgaan dat je er wat aan hebt ♢ de taal die hij bezigt bevalt me helemaal niet Regelmatig werkwoord: be-zi-gen ik bezig j...

2024-04-19
Kuifje in Vlaanderen

Michel Uyen

bezigen

gebruiken. Dat zijn de instrumen¬ten die ze in de middeleeuwen bezigden.

2024-04-19
Erotisch woordenboek

Hans Heestermans (1977)

bezigen

bezigen - geslachtsgemeenschap hebben met, ‘naaien’; eig. ‘gebruiken’. Dat hy veel meer mis-doet, dan of hy zijn eygen Moeder besighde, zijn Suster besliep, en zijn Dochter bevruchte, De Geest van Broer Cornelis 47 [1687].

2024-04-19
Ambtelijk taalgebruik

Wouter de Koning (1976)

bezigen

1. doen; 2. aan iets werken 3. gebruiken.

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bezigen

(bezigde, heeft gebezigd), (deftiger dan) gebruiken: al zijn invloed bezigen ; een woord bezigen; hij werd op dit gezantschap gebezigd.

2024-04-19
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bezigen

bezigde, h. gebezigd (gebruiken, aanwenden tot, enigszins deftig): allerlei middelen bezigen, al zijn invloed bezigen.

2024-04-19
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bezigen

('be:zəgən) (bezigde, heeft gebezigd) gebruiken maar deftiger : al zijn invloed –. Syn. →: aanwenden.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bezigen

(bezigde, heeft gebezigd), (deftiger dan) gebruiken: al zijn invloed bezigen; een woord bezigen.