Wat is de betekenis van bezemsteel?

2024-03-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

bezemsteel

Het begrip bezemsteel heeft 2 verschillende betekenissen: 1) steel van een bezem. steel van een bezem. 2) lang, mager persoon. iemand die lang en mager is; lang, mager persoon.

2024-03-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

bezemsteel

1) (19e eeuw) (scheldw.) lang, stijf persoon. Vooral in de verbinding: 'een aangeklede bezemsteel'. In het Zaans is bezemstaal al lang een benaming voor een magere vrouw (Boekenoogen). • ‘Wel, dat is die lange, dunne, magere, schrale bezemsteel van een schoolmeester uit de Vrouwenstraat! (Pieter Louwerse: Vlissinger...

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bezemsteel

bezemsteel - Zelfstandignaamwoord 1. de lange stok waaraan de borstel van een bezem bevestigd is Woordherkomst samenstelling van bezem en steel

2024-03-29
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

bezemsteel

bezemsteel: merkwaardig ploegleidersattribuut dat vroeger al eens dienst kon doen om tijdens een tijdrit de renner vanuit de ploegwagen voort te duwen. De bezem werd hiertoe al rijdend onder het zadel geschoven. Wegens het gebrek aan koerscommisseren werd dit zelden opgemerkt.

2024-03-29
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

bezemsteel

lang, stijf persoon. In het Zaans is ‘bezemstaal’ al lang een benaming voor een magere vrouw (Boekenoogen). Wel, dat is die lange, dunne, magere, schrale bezemsteel van een schoolmeester uit de Vrouwenstraat! (Pieter Louwerse, Vlissinger Michiel, 1880)

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Bezemsteel

s., biezemstôk.

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bezemsteel

m. (...stelen), steel van een bezem ; (fig.) lang mager mens ; hij heeft een bezemsteel doorgeslikt, hij is erg houterig.

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bezemsteel

m. bezemstelen (fig. lang, mager mens).

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bezemsteel

('be:zəm) m. (...stelen) 1. Eig. stok van een bezem : hij heeft een – doorgeslikt, gezegd van een erg mager en stijf mens. 2. Metf. lang mager mens.