Wat is de betekenis van beukenhout?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

beukenhout

beukenhout - Zelfstandignaamwoord 1. hout afkomstig van een beuk Een oververhitte kogel uit een theaterkanon legde in 1613 Shakespeares eigen schouwburg in de as, de Globe in Londen. Dat was tijdens de historische tragedie Henry VIII. Het theater stond op de zuidoever van de Theems, aan Bankside, en ging in...

2024-04-25
Historische collectie Nederland

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

beukenhout

Beukenhout is het hout van de beukenboom (Fagus sylvatica). Het is een vaste, vrij harde, maar weinig weersbestendige houtsoort, bleekbruin van kleur met donkerbruine spiegels, onderhevig aan trekken. Deze houtsoort is wel bruikbaar voor gereedschap en niet geschikt voor funderingshout. Het hout is een belangrijke brandstof voor glasovens.

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

beukenhout

beukenhout - zelfstandig naamwoord uitspraak: beu-ken-hout 1. hout van een beuk ♢ we hebben thuis een keuken van beukenhout Zelfstandig naamwoord: beu-ken-hout het beukenhout

2024-04-25
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

beukenhout

beukenhout - Hout van de boom behorende tot het genus Fagus, met een vale, roodachtig bruine kleur. Het wordt gebruikt voor het maken van meubilair, handvatten voor gereedschap en transportkisten.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

2024-04-25
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Beukenhout

zwaar, witgeel, hard hout, afkomstig van beukenboomen. Het heeft gering draagvermogen en tamelijk veel elasticiteit; is van korten duur, als het niet voortdurend in drogen toestand of geheel onder water is. B. kan gemakkelijk geïmpregneerd worden, zoowel met bederfwerende middelen (waardoor de bruikbaarheid dus verhoogd wordt) als met kleursto...

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)