besturen
besturen - Werkwoord 1. (ov) zorgen dat [een toestel] de gewenste taken uitvoert ♢ Hij bestuurt de lift via een afstandsbediening. 2. (ov) het vervullen van regeringstaken over een gebied of organisatie besturen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord...