Wat is de betekenis van bestoven?

2024-04-20
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

bestoven

(18e eeuw) (euf.) halfdronken. • Hy is bestoven. Dit zegt men van ymand, die te veel gedronken heeft: waar van de zwelgers dit spreekwoord hebben: Laat komen zo dicht als stofregen. (Carolus Tuinman: De oorsprong en uitleg van dagelyks gebruikte Nederduitsche spreekwoorden, opgeheldert tot grondig verstand der vaderlandsche moedertaal. Deel I....

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bestoven

bestoven - Werkwoord 1. meervoud verleden tijd van bestuiven ♢Wij bestoven ♢Jullie bestoven ♢Zij bestoven 2. voltooid deelwoord van bestuiven Woordherkomst voltooid deelwoord van bestuiven maar met een klinkerwisseli...

2024-04-20
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Bestoven

dronken, aangeschoten. Syn: besno- ven.Slanguitdr.

2024-04-20
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

bestoven

zie sterven.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bestoven

bn., 1. met stof bedekt; 2. (fig.) half dronken.

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bestoven

vd. en bn. (met stof bedekt): een bestoven rijtuig; fig. een bestoven student, halfdronken.

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bestoven

(bə'sto:vən) bn. 1. met stof bedekt : een schoorsteenmantel. 2. halfdronken : een studentje.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Bestoven

BESTOVEN, bn. met stof enz. bedekt; (fig.) half dronken.