bemiddeld
bemiddeld - Bijvoeglijk naamwoord 1. voldoende geldmiddelen hebbend om ruim te kunnen leven ♢ Hij is een oude doch bemiddelde man. bemiddeld - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van bemiddelen Synoniemen gegoed
Wiktionary (2019)
bemiddeld - Bijvoeglijk naamwoord 1. voldoende geldmiddelen hebbend om ruim te kunnen leven ♢ Hij is een oude doch bemiddelde man. bemiddeld - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van bemiddelen Synoniemen gegoed
Muiswerk Educatief (2017)
bemiddeld - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: be-mid-deld 1. met veel geld en bezit ♢ hij is bemiddeld, dus hij hoeft niet te werken Bijvoeglijk naamwoord: be-mid-deld ... is bemiddelder dan ... ...
Fa. A.J. Osinga (1952)
adj., bigoedige, goedryk; — zijn, wol middels hawwe, in siach om ’e earmtakke hawwe, it goed, skoan aerdich dwaen kinne, it wol stouwe kinne, in rêch hawwe, stiif yn 'e rêch wêze, aerdich yn 't forset wêze, wol splint, sinten hawwe.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn. (-er, -st), voldoende (geld)middelen bezittend om ruim te kunnen leven; welgesteld, vermogend.
Jozef Verschueren (1930)
(bə'middəlt) bn. (-er, -st) van geldmiddelen voorzien : een kind van -e ouders. Syn. gegoed, in goede doen, rijk, vermogend, welgesteld, welstellend. Tgst. → arm.
J.H. van Dale (1898)
BEMIDDELD, bn. (-er, -st), voldoende geldmiddelen bezittend om flink te kunnen leven; welgesteld, vermogend. BEMIDDELDHEID, v.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: