bekorten
...
Wiktionary (2019)
bekorten - Werkwoord 1. (ov) de tijdsduur minder lang laten zijn ♢ Hij wilde graag zijn reistijd bekorten door een andere route te kiezen. Woordherkomst Afgeleid van kort met het voorvoegsel be-
Muiswerk Educatief (2017)
bekorten - regelmatig werkwoord uitspraak: be-kor-ten 1. korter maken ♢ hij heeft zijn reis uiteindelijk met een week bekort Regelmatig werkwoord: be-kor-ten ik bekort jij/u bekort...
Van Dale Uitgevers (1950)
(bekortte, heeft bekort), (iets onstoffelijks) korter maken: een brief bekorten; zijn reis bekorten; — zich bekorten, zich korter, beknopter uitdrukken dan men wel zou willen.
M. J. Koenen's (1937)
bekortte, h. bekort (korter, kort maken): een reis bekorten; een brief bekorten; zich bekorten, het korter maken dan men bedoeld had.
Jozef Verschueren (1930)
(bə'kortən) (bekortte, heeft bekort) 1. korter maken door tussen de twee uiteinden iets weg te laten : zijn reis -. Syn. →: afkorten. 2. z i c h -, het korter maken, zich beknopter uitdrukken dan men bedoeld had.
J.H. van Dale (1898)
BEKORTEN, (bekortte, heeft bekort), (een voorwerp, eene verhandeling) korter maken een brief bekorten; zijne reis bekorten; — zich bekorten. zich korter, beknopter uitdrukken dan men wel zou willen. BEKORTING, v. (-en).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: