begaanbaar
begaanbaar - Bijvoeglijk naamwoord 1. in een toestand die doorgaand verkeer mogelijk maakt Woordherkomst Naamwoord van handeling van begaan met het achtervoegsel -baar.
Nederlandstalige WikiWoordenboek
begaanbaar - Bijvoeglijk naamwoord 1. in een toestand die doorgaand verkeer mogelijk maakt Woordherkomst Naamwoord van handeling van begaan met het achtervoegsel -baar.
Nederlands woordenboek voor onderwijs
begaanbaar - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: be-gaan-baar 1. waar je kunt lopen of rijden ♢ het geasfalteerde pad is nu goed begaanbaar Bijvoeglijk naamwoord: be-gaan-baar ... is begaanbaarder dan ... ...
Nu slechts 21,95!
Friesch woordenboek
adj., (bi)geanber, (bi)gongber.
Nederlands woordenboek (7e druk - 1950)
bn., (van wegen, straten) begaan, betreden of bereden kunnende worden;
M. J. Koenen's Verklarend handwoordenboek
bn. (te begaan): een begaanbaar pad.
Modern Woordenboek (1930-1961)
(bə'ga:nba:r) bn. (...bare) begaan kunnende worden : een ...bare weg. begaanbaarheid v.
Groot woordenboek der Nederlandsche taal
BEGAANBAAR, bn. (van wegen, straten) begaan, betreden kunnende worden. BEGAANBAARHEID, v.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.