bantji
(1934) (Ned.-Indië) (inf.) schandknaap; verwijfd type; hermafrodiet. • Hier te lande komt een groep transvestieten voor van onmiskenbaar homosexueel karakter, de z.g. bantji's. De beteekenis van het woord bantji is mij onbekend, misschien „nederig, laag" (Harahap's Woordenboek : Erti kata-kata Melajoe). De...