Wat is de betekenis van bankloper?

2024-12-14
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-12-14
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

bankloper

iemand die voor zijn beroep geld vervoert. iemand die voor zijn beroep geld vervoert; geldloper. Voorbeelden: In deze zaak werden twee in 1908 naar Amerika gekomen Italiaanse anarchistische arbeiders, Nicola Sacco (1891-1927) en Bartolomeo Vanzetti (1888-1927), beschuldigd van de op 15 april 1920 gepleegde roofmoord op een bankloper...

2024-12-14
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bankloper

m. (-s), loopknecht voor een bankinstelling.

2024-12-14
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bankloper

m. banklopers (loper bet. 2 ener bank): beroving van een bankloper.

2024-12-14
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bankloper

m. (-s; -tje) loopknecht van een geldbank.