bangerd
bang persoon. iemand die bang is; bang persoon. Voorbeelden: Eens op een middag, toen wij in de handwerkles zaten, hadden wij een brandend, aangeschoten vliegtuig met afgebroken vleugels zien neerstorten op nog geen 100 meter afstand van het schoolgebouw. Ik was toen in tranen uitgebarsten en de lerares was kwaad geworden en had geze...