balkon
1) (1935) (inf.) (forse) boezem; borsten: 'een groot balkon hebben.' In Vlaanderen zegt men soms 'er is volk op het balkon'. Syn.: avant-scène*; baby’s* drankkast; bustulatie*; gemoed*; gevelpartij*; komisvoor*; melkfabriek*; melkinrichting*; snoeptafel*; tietenwerk*; titulatuur*; voorkant*; voorkomen*. Vgl. Am.-Eng. slang: balcony. Fr...