Bakeren
v., bakerje, kreamheine, -warje.
Van Dale Uitgevers (1950)
(bakerde, heeft gebakerd), eig. koesteren, warmen; 1. voorheen: pasgeboren kinderen voor een vuurmand koesteren en stevig in doeken wikkelen: de binders moeten niet te stijf gebakerd worden; — (fig.) heet, haastig gebakerd zijn, driftig van aard zijn; 2. (bij uitbr.) zich in de zon bakeren, zich koesteren ; — als b...
M. J. Koenen's (1937)
bakerde, h. gebakerd (1 eig. warm houden inz. een pasgeboren kind verzorgen; 2 baker zijn): 1. een zuigeling bakeren; zegsw. heet, haastig gebakerd zijn, driftig, voortvarend zijn; 2. uit bakeren gaan.
Jozef Verschueren (1930)
(‘ba:kәrәn) (bakerde, heeft gebakerd) [Mned. verwarmen ~ bakken] 1. een pasgeboren kind verzorgen : een zuigeling -; haastig, heet gebakerd, driftig, voortvarend. 2. baker zijn : uit gaan. 3 zich-, zich vermeien: zich in de zon. Syn. broeien (zich).
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(bakerde, heeft gebakerd), eig. koesteren, warmen; 1. voorheen: pasgeboren kinderen voor een vuurmand koesteren en stevig in doeken wikkelen: de kinderen moeten niet te stijf gebakerd worden; (fig.) heet, haastig gebakerd zijn, driftig van aard zijn; 2. (bij uitbreiding) zich in de zon bakeren, zich koesteren.
J.H. van Dale (1898)
(bakerde heeft gebakerd), (pasgeboren kinderen) voor eene vuurmand koesteren en stevig in luiers wikkelen (vooral vroeger): de kinders moeten niet te stijf gebakerd worden; — kind en kraamvrouw oppassen; — baker zijn zij gaat uit bakeren; — (fig.) heet gebakerd zijn, driftig van aard zijn; — zich in de zon bakeren, zich k...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: