backhand
(zelfstandig naamwoord) [alg.] achterhand - Zij is een ijzersterke tennisspeelster. Goede voor- ?n achterhand.
Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)
(zelfstandig naamwoord) [alg.] achterhand - Zij is een ijzersterke tennisspeelster. Goede voor- ?n achterhand.
Jan Luitzen (2009)
(de; -s) - slag met de achterkant van de clubhead, bv. om de bal in te tikken als hij vlak bij de hole ligt of om de bal uit een lastige ligging (voor een rechtshandige of linkshandige speler) te krijgen. Soms ligt een bal zó dicht bij de hole dat de speler het niet kan laten - soms schijnbaar achteloos, soms uit woede over een nét gemiste putt - d...
drs. L.A. Beeloo (1981)
[bek'hend], in de tennissport een slag waarbij de slaande arm voor het lichaam is gebracht en de rug van de hand naar het spel is gericht. In tegenstelling tot forehand.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: