baanfiets
baanfiets - Zelfstandignaamwoord 1. (wielrennen) fiets voor gebruik op een renbaan Woordherkomst samenstelling van baan en fiets
Wiktionary (2019)
baanfiets - Zelfstandignaamwoord 1. (wielrennen) fiets voor gebruik op een renbaan Woordherkomst samenstelling van baan en fiets
Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)
baanfiets: koersfiets om op de piste te rijden; een baanfiets heeft versnellingen, noch remmen.
Marc de Coster (2009)
Fiets gebruikt bij baanwedstrijden. Een dergelijke fiets heeft geen remmen, geen versnellingen en geen freewheel. Tot in de jaren zestig van de twintigste eeuw waren baanfietsen soms nog voorzien van een zgn. blokketting, dit is een ketting met blokjes tussen de schakels.
Jan Luitzen (2009)
(de; -en) - speciaal voor gebruik op een renbaan ontworpen en vervaardigde fiets zonder remmen en freewheel, en met een vast verzet. • Een zadel is feitelijk het belangrijkste onderdeel van een baanfiets. Al het gewicht van een renner komt op het zadel en daar komt dan de stabiliteit vandaan. Hoe zwaarder die kerels zijn, hoe harder ze moeten trapp...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: