baan
1) (1903) (prost.) plaats waar prostitutie bedreven wordt; werkterrein. ‘De baan op’ betekent dus: op straat klanten werven, tippelen*. Vnl. een plaats waar mannen aan hun trekken komen, maar sinds kort bestaat er ook een baan voor vrouwelijke klanten (van vrouwen) in Amsterdam. Ook wel: lijn. Kijk ook onder banen*. • Nou loopt ze...