Wat is de betekenis van Baai, inham zee?

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Baai, inham zee

v. (-en), 1. van binnen ronde inham van de zee in het land; kleine golf, kleine zeeboezem, zeearm: de Engelse kust heeft vele baaien; de Baai van Rio de Janeiro; 2. (zeew.) baai of keel van een kous, gleuf.

Gerelateerde zoekopdrachten