Wat is de betekenis van arroseren?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

arroseren

arroseren - Werkwoord Synoniemen bedruipen , begieten

2024-04-23
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Arroseren

[Fr. arroser = bedauwen; vgl. Lat. ros, roris = dauw] 1. bevochtigen; 2. (cul.) bedruipen van vlees, wild en gevogelte tijdens het braden; 3. (beurst.) met kleine sommen afbetalen.

2024-04-23
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Arroseren

bevochtigen; in termijnen afbetalen (hand.)

2024-04-23
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Arroseren

besproeien, begieten; bij termijnen betalen