Wat is de betekenis van Archief?

2023-06-10
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

archief

archief - Zelfstandignaamwoord 1. plaats waar (meestal oude) documenten opgeslagen en verzameld worden In het Nationaal Archief in Den-Haag wordt veel geschiedkundig onderzoek gedaan. 2. verzameling documenten die zijn gemaakt en/of ontvangen door een persoon of organisatie ...

Lees verder
2023-06-10
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

archief

archief - zelfstandig naamwoord uitspraak: ar-chief 1. bewaarplaats voor papieren en documenten ♢ we hebben het contract in ons archief gestopt Zelfstandig naamwoord: ar-chief het archief ...

Lees verder
2023-06-10
Basisboek Kwalitatief Onderzoek

Baarda, Bakker, Fischer, Julsing, Peters, van der Velden & de Goede (1995)

Archief

Hier worden belangrijke gegevens die zijn vastgelegd in documentvorm alsook de verzameling van documenten die voor een bepaald doel vervaardigd zijn, bewaard. Naast documenten, in de vorm van agenda's, notulen, dossiers, brieven en akten, kunnen ook kaarten, foto's, films, video's en digitale bestanden gearchiveerd worden.

Direct toegang tot alle 20 resultaten over Archief?

Word nu vriend van Ensie
2023-06-10
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Archief

bewaarplaats

2023-06-10
Encyclopedie van de Zaanstreek

Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)

Archief

Het geheel van bescheiden die zijn opgemaakt of ontvangen door een instelling of persoon en die bestemd zijn om bewaard te worden. Zie voor een historisch overzicht: →Gemeente-archief. Archieven zijn te verdelen in overheids- en niet-overheids-archieven. Een archief onderscheidt zich van een verzameling of een collectie (of dat nu een biblioth...

Lees verder
2023-06-10
Woordenboek Nederlandse termen van Bibliotheek en documentaire informatie

dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)

archief

1. organisch groeiend of volgroeid geheel van documenten, ambtshalve ontvangen of opgemaakt door een bestuurs- of beheerseenheid of een zelfstandig handelende functionaris en naar hun aard bestemd om onder dat bestuur of die functionaris te berusten. 2. organisatie of afdeling die is belast met het bijeenbrengen, beheren en ter beschikking stellen...

Lees verder
2023-06-10
Lexicon van Nederlandse archieftermen

Stichting Archief Publicaties (1983)

Archief

Een archief is het geheel van archiefbescheiden, ontvangen of opgemaakt door een instelling, persoon of groep personen. Vgl. N.A.T. nr. 53: Een archief is het geheel der bescheiden, ambtshalve ontvangen of opgemaakt door een bestuur of zelfstandig handelend functionaris en naar hun aard bestemd om onder dat bestuur of die functionaris te berusten....

Lees verder
2023-06-10
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Archief

een plaats waar geschriften of andere belangrijke stukken bewaard worden, b.v. wetten, oorkonden, tijdschriften, foto’s. Bij een bedrijf wordt de correspondentie in een archief opgeborgen; zie Rijksarchief.

2023-06-10
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Archief

zie Pauselijke archieven, Bisschoppelijk Archief, Parochiëel Archief.

2023-06-10
De vreemde woorden.
woordenboek

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Archief

o., bewaarplaats, ook verzamelplaats van schriftelijke documenten.

2023-06-10
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Archief

s.n., archyf (it).

2023-06-10
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Archief

o. (...chieven), 1. verzameling van geschreven stukken, oorkonden, akten, bescheiden, registers enz. tot het bestuur van staat, gewest of gemeente, tot een instelling of vereniging, tot de werkkring van een openbaar ambtenaar of tot een geslacht behorende ; 2. de bewaarplaats dier stukken ; 3. fig. in titels van tijdschriften en verzamelwerken :...

Lees verder
2023-06-10
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Archief

(van Gr. archeion, Lat. archivum), verzamelde oude titels, documenten, manuscripten e.d., alle van zeker belang om te bewaren en betreffende geschiedenis van een staat, stad, familie enz.; ook: plaats om deze stukken te bewaren, ingericht naar wetenschappelijk systeem.

2023-06-10
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

archief

o. bewaarplaats van schriftelijke oorkonden, acten enz.; verzameling van zulke stukken.

2023-06-10
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Archief

van Gr. archeion, duidt eigenlijk een ambtslokaal aan en krijgt pas na 300 v. Chr. de betekenis van „bewaarplaats voor officiële stukken”. Ook in verband met middeleeuws archa (arke), dat de kist aanduidde, waarin o.a. oorkonden werden bewaard.OUDHEID Van de vroegste tijden af was het gebruik om oorkonden te verzamelen en te bewar...

Lees verder
2023-06-10
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

archief

o. archieven (Lat. archivum [Gr. archeion = eig. het gebouw der overheid]: verzameling van geschriften, oorkonden enz.; de bewaarplaats): het archief van Maastricht; de archieven van het Huis van Oranje.

2023-06-10
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

archief

o. bewaarplaats of verzameling van oorkonden, acten enz.

2023-06-10
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Archief

verzameling v. documenten; archivalia, de stukken, die t/e a. behooren; archivaris, de beheerder v/e archief.

2023-06-10
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Archief

Archief - (afleiding onzeker; misschien Gr. archaion = iets uit oude tijden, of van archeion = ambtsgebouw). Reeds bij de Oostersche volken, Egyptenaren en Grieken, werd zorg aan de archieven besteed. Bij de Romeinen bestond een geordend archiefwezen, waarnaar het pauselijk archiefwezen werd ingericht; betreffende dit laatste beschikt men over betr...

Lees verder
2023-06-10
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

archief

(ar’chi:f) o. (...chieven) [Fr. < Gr. archeion. ambtsgebouw] 1. Eig. verzameling van geschreven dokumenten, akten, registers enz. 2. Metn. bewaarplaats daarvoor.

Lees verder