Wat is de betekenis van anciënniteit?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

anciënniteit

anciënniteit - Zelfstandignaamwoord 1. de periode dat iemand verbonden is aan een bepaalde organisatie Bij het leggen van die puzzel gelden een paar vuistregels. Fracties hebben per Tweede Kamerlid recht op 52 vierkante meter. Binnen die ruimte wordt ook het ondersteunend personeel gehuisvest. Grote fractie...

2024-04-20
CBS begrippenlijst

CBS (2018)

Anciënniteit

De periode, dat iemand werkzaam is bij de huidige werkgever of in het eigen bedrijf.

2024-04-20
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Anciënniteit

[Fr. ancienneté] volgorde in ouderdom of dienstjaren.

2024-04-20
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Anciënniteit

rangorde naar diensttijd

2024-04-20
Management begrippenlijst

Drs. J. Heemstra & Drs. H.E. Wijnberg (1991)

Anciënniteit

Ouderdom in rang, onder meer bij ambtenaren en militairen. Tegenwoordig veel meer betrekking hebbend op het ‘aantal’ dienstjaren, dan op ‘rangorde naar’ dienstjaren.

2024-04-20
Ambtelijk taalgebruik

Wouter de Koning (1976)

anciënniteit

1. rangorde (op basis van leeftijd); 2. plaats op wachtlijst (hoger of lager).

2024-04-20
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Anciënniteit

opvolging naar dienstjaren; voorrang wegens dienstouderdom.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Anciënniteit

(<Fr.), rangorde naar diensttijd: de bevordering geschiedt naar anciënniteit.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Anciënniteit

ouderdom in rang, vooral van ambtenaren en militairen. A., die bepaald wordt door volgorde van benoeming, door A. in vorige rang of door leeftijd, van belang voor promotiekansen en bevelsverhouding. Bevordering naar A. wordt soms doorbroken door bevordering bij keuze.