Amerikaan
1. (1974) (politie, onderwereld) gewoon deurslot. Zie ook Amerikaantje*. • (Enno Endt & Lieneke Frerichs: Bargoens Woordenboek. 1974) • (Elsevier, 17/12/2005: Van aanlopen tot zwijntjesjager) • (Paul Van Hauwermeiren: Bargoens zakwoordenboek. 2011) 2. (1948) (inf.) sigaret van Amerikaanse tabak. • In Danzig r...