Wat is de betekenis van allrounder?

2024-04-19
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

allrounder

(zelfstandig naamwoord) [alg.] alleskunner, duizendpoot - De Italiaanse humanist Leonardo da Vinci (1452-1519) was een alleskunner. [sport] klassementsrijder, generalist, allesrijder - Op geen enkele afstand een gouden plak winnen en toch wereldkampioen worden, dat is pas een klassementsrijder!

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

allrounder

allrounder - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die alle onderdelen van zijn vak beheerst „Politici zijn zich zo volledig bewust van media. Het is ontzettend moeilijk om ze op een puur moment vast te prikken, een onbewaakt ogenblik waar jouw aanwezigheid er niet toe doet. Ze geven zich zelden bloot. Daarom doe...

2024-04-19
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

allrounder

allrounder: wielrenner die op alle terreinen en in elke discipline zijn mannetje kan staan; hij of zij kan goed tijdrijden, behoorlijk klimmen en heeft een snelle sprint in de benen, zoals de jonge talentvolle Belg Greg van Avermaet. Sommige allrounders combineren zelfs de piste en het wegwielrennen, zoals destijds Patrick Sercu en Erik Zabel, ande...

2024-04-19
Atletiek- en turnwoordenboek

Jan Luitzen (2008)

allrounder

(de; -s) SP - iem. die allround is, in alle opzichten bedreven, die alle onderdelen van een sport(discipline) kent, beoefent, bv. een atleet die op de meerkamp uitkomt. De Argentijn Osvaldo Suarez heeft 29 records verbeterd, op de vijf, op de tien, op de twintig, op de hele en halve marathon, hij was een allrounder. (KOOMI)

2024-04-19
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Allrounder

(hardrijder op schaats) rijder die op alle gebruikelijke afstanden is getraind.

2024-04-19
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Allrounder

in alle opzichten bedreven persoon