Wat is de betekenis van Alleenhandel?

2024-04-20
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

alleenhandel

reg om sonder mededinging handel te drywe.

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Alleenhandel

m., g. mv., monopolie, recht tot alleenverkoop.

2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

alleenhandel

m. (recht tot verkoop van een artikel met uitsluiting van mededingers).

2024-04-20
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

alleenhandel

(al'le:n) m. recht om alleen, met uitsluiting van anderen, zekere handel te drijven ; de in tabak hebben. Syn. monopolie.

2024-04-20
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Alleenhandel

Alleenhandel - zie MONOPOLIE.

2024-04-20
Handelslexicon

J. Hagers (1910)

Alleenhandel

Alleenhandel - zie Monopolie.

2024-04-20
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Alleenhandel

Zie Monopolie.

2024-04-20
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

ALLEENHANDEL

Alleenhandel m. monopolie, recht tot verkoop van eenig artikel met uitsluiting van mededingers.