alleen
...
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip alleen heeft 6 verschillende betekenissen: 1) zonder gezelschap. zonder het gezelschap van andere personen; zonder gezelschap. 2) zonder toezicht. zonder toezicht, oppas of verzorging; onbewaakt of onbeheerd. 3) zonder hulp. zonder iemands medewerking; door niemand bijgestaan of geholpen; zonder hulp. 4) afgezo...
Wiktionary (2019)
alleen - Zelfstandignaamwoord 1. (scheikunde) een organische verbinding met twee belendende dubbele bindingen ♢ 1=Propadieen (H2C=C=CH2) is het eenvoudigste alleen. alleen - Bijvoeglijk naamwoord 1. zonder gezelschap ♢ Laat mij ...
Muiswerk Educatief (2017)
alleen - bijwoord uitspraak: al-leen 1. alleen maar, niets anders dan dat ♢ ze hebben alleen meisjes in dat gezin 1. enkel en alleen [uitsluitend] 2. alleen al...
Paul Frentrop (2001)
Een eenpersoonsbejaardenhuis.1 1 Bijdrage van P. (Ik ben ooit samen met P. aan dit boekje begonnen, maar hij is in 2011 overleden.).
Fa. A.J. Osinga (1952)
adj. & adv., allinne, allinnich; louter en —, inkeld en allinne, suver (en allinne), bleat; helemaal —, lykme allinne, pûr allinne, spierlik allinne, yn jins ientsje, yn jins ienlikheit; — thuis zijn, frij hûs hawwe, it hûs, de hurd rom hawwe, it rom om 'e hurd h...
Van Dale Uitgevers (1950)
I. bn. (uitsl. praedic.), 1. zonder gezelschap : ik zat urenlang alleen; die moeder laat dat kleine kind vaak alleen thuis; het is niet goed dat de mens alleen zij : de eenzame is altijd alleen, maar wie alleen is, behoeft zich daarom nog niet eenzaam te gevoelen; ook van gepersonifieerde zaken: een ongeluk komt zelde...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: