Wat is de betekenis van alert?

2023-05-29
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

alert

(zelfstandig naamwoord) [alg.] alarm, waarschuwing, alarmbericht, attendering - Waarom het Kinderalarm naar Amber genoemd moest worden, is me een raadsel.

Lees verder

Direct toegang tot alle 14 resultaten over alert?

Word nu vriend van Ensie
2023-05-29
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Alert

Zie Adelhard

2023-05-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

alert

alert - Bijvoeglijk naamwoord 1. oplettend, snel reagerend De alerte arts zag direct dat het niet goed ging met de patiënt. Synoniemen waakzaam, wakker

Lees verder
2023-05-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

alert

alert - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: a-lert 1. klaar om in te grijpen ♢ de doelman reageerde heel alert op die doelschop 1. alert zijn op iets [erop gespitst zijn] Bijvoeglijk na...

Lees verder
2023-05-29
Bridge Opzoekboek

drs. Toine van Hoof (2017)

alert

alerteren

2023-05-29
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Alert

waakzaam; oplettend

2023-05-29
Voornamenboek

Dr. Johannes van der Schaar (1964)

Alert

m -> Adelhard (Fri. en Gron. (Westerkwartier)).

2023-05-29
De vreemde woorden.
woordenboek

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Alert

levendig; handig, vlug.

2023-05-29
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Alert

I waakzaam, op zijn hoede; vlug; II alarm; on the alert, op zijn hoede.

Lees verder
2023-05-29
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Alert

monter, vlug, levendig.

2023-05-29
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

alert

wakker, vlug; levendig, handig.

2023-05-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

alert

(a’lert) bn. en bw. levendig, wakker. alerte (a’lertә) v. (-s) [Fr. < It. all’erta ! te wapen !] alarm, onrust.

2023-05-29
Vreemde woorden woordenboek

Fokko Bos (1914)

alert

alert - levendig, handig, vlug.

2023-05-29
Beknopt kunstwoordenboek

I.M. Calisch (1864)

alert

alert - bn. vlug, behendig, levendig, handig