Wat is de betekenis van Alberda?

2024-04-19
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Alberda

Zie Adelbert

2024-04-19
Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Alberda

Familie, behoort tot de alleroudste adellijke geslachten van de provincie Groningen, die bovendien vanaf de vroege hoofdelingentijd (13de-14de eeuw) tot op heden onafgebroken in het gebied hebben gewoond. De oorsprong ligt waarschijnlijk in Noordoost-Fivelingo, waar in het midden van de 13de eeuw de Albertidae (de 'Albertmannen’) als vet...

2024-04-19
Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

ALBERDA

Johannes, zeiler (Lwd. 23.9.1910-). Was kampioen van Nederland in de regenboogklasse in de jaren 1954, ’55 en ’56.

2024-04-19
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Alberda

Alberda - (Jacob Janszoon), Nederl. blindenonderwijzer, 1803— 63; hij was van 1841—46 directeur van het Blindeninstituut te Amsterdam; schreef: De blindgeborene in de maatschappij (1849), Het blinde kind. Handleiding voor ouders en onderwijzers (1850), verder o. a. een Schets der handelsgeschiedenis (1861).

2024-04-19
Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Alberda

(Reynt), was in het begin van den opstand tegen Spanje burgemeester van Groningen; doch de leer der Hervormden toegedaan zijnde, nam hij met zijn gezin in 1567 de vlugt naar Steinfurt, en werd 1569 door den bloedraad bij verstek gebannen met verbeurdverklaring van zijne goederen. Nadat George de Lalaing, later graaf van Rennenberg, door de Staten t...