Wat is de betekenis van agent?

2024-11-11
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-11-11
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

agent

agent - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) een persoon die belast is met de handhaving van de openbare orde en veiligheid De agent deelde een bekeuring uit aan de wildplassers. 2. (beroep) een vertegenwoordiger van een bedrijf Hij ging naar de agent die zij...

2024-11-11
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

agent

agent - zelfstandig naamwoord uitspraak: a-gent 1. iemand die bij de politie werkt ♢ deze agent heeft mij een bon gegeven 1. een geheim agent [een spion] 2. per...

2024-11-11
Supply chain management

Visser & van Goor (2011)

Agent

Autonome softwaremodules die zelfstandig taken kunnen uitvoeren.

2024-11-11
Financieel Woordenboek

Frits Conijn & R.M. van Poll (2003)

agent

agent - Roepnaam voor het agentschap van het ministerie van Financiën.

2024-11-11
Internet woordenboek

Ensie (2001)

agent

Computerprogramma dat zelfstandig bepaalde taken uitvoert op aangeven van de gebruiker, zoals het zoeken naar informatie of het filteren van e-mail berichten. Zie ook: bot, avatar.

2024-11-11
NIMA marketing lexicon

NIMA (1993)

agent

Zelfstandig tussenpersoon die op contractbasis een bemiddelende rol vervult voor een of meer vaste relaties en deze in contact brengt met afnemers.

2024-11-11
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Agent

politieman; vertegenwoordiger

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-11-11
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

agent

agent - Overheidsambtenaren verantwoordelijk voor het handhaven van de openbare orde en voor bepaalde minder belangrijke werkzaamheden.