Wat is de betekenis van afzetbaar?

2024-04-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

afzetbaar

afzetbaar - Bijvoeglijk naamwoord 1. met de mogelijkheid om te kunnen afzetten (in alle betekenissen) De dictator had de wetgeving zo veranderd dat hij niet meer afzetbaar is met democratische middelen. Deze medicijnen zijn zo duur dat ze niet afzetbaar z...

2024-04-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afzetbaar

bn., (van personen) op die voorwaarde aangesteld, dat men weder afgezet, ontslagen kan worden : een afzetbaar ambtenaar; de rechterlijke macht is niet afzetbaar.

2024-04-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

afzetbaar

(af'zetba:r) bn. (...bare) kunnende afgezet worden.

2024-04-16
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

AFZETBAAR

Afzetbaar bn. (van personen) op die voorwaarde aangesteld, dat men weder afgezet of ontslagen kan worden: een afzetbaar ambtenaar; de rechterlijke macht is niet afzetbaar. AFZETBAARHEID, v.