Wat is de betekenis van AFWEGEN?

2024-12-06
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-12-06
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

afwegen

afwegen - Werkwoord 1. (ov) het ene belang vergelijken met het andere Deze zaken dienen nauwkeurig afgewogen te worden. 2. (ov) een bepaalde massa door weging afzonderen Er werd 50 miligram afgewogen en opgelost in zwavelzuur. Woordherkomst...

2024-12-06
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

afwegen

afwegen - onregelmatig werkwoord uitspraak: af-we-gen 1. nauwkeurig kijken hoe zwaar het is ♢ hij woog een pond erwten af Onregelmatig werkwoord: af-we-gen ik weeg af (... ik afweeg) ...

2024-12-06
Politiek woordenboek

Marco Bunge (1985)

Afwegen

Rekening houden met het gewicht van verschillende argumenten. Bij de beslissing over het al dan niet bouwen van kerncentrales moet het onafhankelijker worden van onze energievoorziening van aardolie uit het Midden-Oosten worden afgewogen tegen het veiligheidsrisico en de problemen bij de opslag van radioactief afval.

2024-12-06
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Afwegen

v., ôfwage, -weage.

2024-12-06
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-12-06
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afwegen

(woog af, heeft afgewogen), 1. met een zeker gewicht verminderen, inz. in de handel: de tarra bij de berekening van het netto-gewicht van koop waren : de gehele bezending thee weegt 1200 pond, maar men moet er de kisten, het theelood enz. afwegen om het netto-gewicht te bepalen; 2. alles wegen, van alles het gewicht bepalen :...

2024-12-06
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

afwegen

('af) (woog, wogen af; heeft afgewogen) 1. door wegen er af nemen : wat koffie van de voorraad -. 2. nauwkeurig wegen. 3. de belangrijkheid, draagkracht er van overwegen ; zijn woorden -.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-12-06
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

AFWEGEN

Afwegen (woog af, heeft afgewogen), met een zeker gewicht verminderen, inz. in den handel de tarra bij de berekening van het netto-gewicht van koopwaren de geheele bezending thee weegt 1200 pond. maar men moet er de kisten, het theelood enz. afwegen om het netto-gewicht te bepalen; — alles wegen, van alles het gewicht bepalen weeg eerst deze...