Wat is de betekenis van afvallen?

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

afvallen

afvallen - Werkwoord 1. ergatief gewicht verliezen De dikke man wilde in korte tijd veel afvallen. 2. ergatief de koers van een schip in de richting van de lijzijde wijzigen We gingen veel te scherp aan de wind, dus gaf de schipper bevel tot afvallen....

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

afvallen

afvallen - onregelmatig werkwoord uitspraak: af-val-len 1. gewicht verliezen ♢ zij is al tien kilo afgevallen 2. hem niet meer steunen ♢ ik had steun van je verwacht, maar je bent me afgevallen...

2024-04-20
Biologische encyclopedie

G. Th. van Kempen (1974)

afvallen

van bladeren en vruchten, ➝abscissie.

2024-04-20
Watersport A-Z

Kramer en de Bruin (1971)

Afvallen

Afvallen - de koers zodanig wijzigen dat de wind ruimer invalt, met de boeg naar lij draaien. Dit kan men versnellen door opvieren van de grootschool en/of bak halen van de fok.

2024-04-20
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Afvallen

van een boomstam is de afname van de diameter van de voet naar de top. De afname per strekkende meter noemt men het verlooft van de stam. Dit verloop is bij verschillende stammen niet gelijk. Is het verloop bij de stamvoet gering om verder naar de top eerst belangrijk loc te nemen, dan spreekt men van een volhoulige stam (paraboloide-vorm); is het...

2024-04-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Afvallen

v., ôffalle; (van zeilend schip) saeije, skaeije; te veel — (van zeilend schip), ôfsaeije, tofolle wei jaen; van voren te veel -d (van schip), weak op ’e kop; laten — (van schip), delhâlde; (van vruchten), drippe; het — van vruchten, de drip; afgevallen vr...

2024-04-20
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-20
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afvallen

(viel af, is afgevallen), 1. van iets naar beneden vallen : het boek viel van zijn knieën af ; — zonder bep.: zijn hoed viel af; — (fig.) de schellen vielen hem van de ogen af, hij kwam tot beter inzicht of zag dat hij misleid wras; — de ketenen vielen af, het volk werd vrij ; het masker viel af, z...

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

afvallen

viel af, i. afgevallen (1 naar beneden vallen; 2 ontrouw worden; 3 lichamelijk achteruitgaan); 1. van een bank, trap afvallen; fig. die steen is hem van het hart afgevallen, wat hem drukte, is weg; er zijn twee deelnemers afgevallen, doen niet mee; 2. iem. (of: van iem.) afvallen; 3. hij is de laatste tijd erg afgevallen; nog: gordijnen in brede...