Wat is de betekenis van AFTROGGELEN?

aftroggelen - Werkwoord 1. (ov) door aanhoudende vriendelijke bede en zoet gevlei iets van iemand verkrijgen, op slinkse manier loskrijgen ♢ Oplichters zijn erg creatief en zoeken steeds nieuwe manieren om mensen geld af te troggelen. Woordherkomst samenstelling van af(bijwoo...

v., ôfplúzje, -pûlje, -pûlkje, -pangelje, -pôpje, -pôlje, -rûpelje, -tok(kel)je, -toppe, -topje, -troaije, -troggelje, -pûdelje, ûntfytmanje; iem. alles —, immen pôpje, ropsekje; iem. iets —, immen eat fan it liif sjonge.

(Zuidn. AFTRUGGELEN), (troggelde af, heeft afgetroggeld), 1. door mooie praatjes en gevlei van iemand weten te verkrijgen: zij weet hem alles wat zij begeert met zoet gepraat af te troggelen; 2. (bij uitbr.) iets op behendige en bedrieglijke wijze, door slinkse streken van iemand verkrijgen: iemand geld, een document aftroggelen.

troggelde af, h. afgetroggeld (door mooie praatjes, iets zien te krijgen, door gevlei afbedelen).

(‘af) (troggelde af, heeft afgetroggeld) door troggelen verkrijgen : iemand een cadeautje -.

...

...

Aftroggelen ((Zuidn.) AFTRUGGELEN), (troggelde af, heeft afgetroggeld), iemand iets aftroggelen, door aanhoudende vriendelijke bede en zoet gevlei het van hem verkrijgen: zij weet hem alles wat zij begeert met een zoet lijntje af te troggelen; — (bij uitbr.) iets op behendige en bedrieglijke wijze, door slinksche streken van iemand verkrijgen...