aftands
aftands - Bijvoeglijk naamwoord 1. ouderwets en niet meer bij de tijd ♢ Het aftandse huis werd vorig jaar gesloopt. Woordherkomst samenstellende afleiding van af (bijwoord) en tand (zelfstandig naamwoord) met het achtervoegsel -s
Wiktionary (2019)
aftands - Bijvoeglijk naamwoord 1. ouderwets en niet meer bij de tijd ♢ Het aftandse huis werd vorig jaar gesloopt. Woordherkomst samenstellende afleiding van af (bijwoord) en tand (zelfstandig naamwoord) met het achtervoegsel -s
Dr. E. Schröder (1980)
Vroeger bestond een woord aftandig, dat betekende: van de tanden af, van de tanden beroofd, tandeloos door ouderdom. Het woord is geheel in onbruik geraakt en vervangen door aftands, dat óók betekende: van de tanden af, maar in de zin: van het tanden krijgen af. Men zeide het oorspronkelijk van paarden aan wier gebit men de leeftijd n...
G. Th. van Kempen (1974)
is een paard van acht jaar en ouder. Kroonholten in snijtanden van onderkaak zijn verdwenen.
Veerman (1954)
uitdrukking voor een paard van 8 jaar en ouder; de kroonholtcn in de snijtanden van de onderkaak zijn verdwenen, waardoor de leeftijd niet meer met zekerheid is te bepalen (z. Tandwisseling).
Van Dale Uitgevers (1950)
bn., 1. (van paarden) het wisselen der tanden geheel voltooid hebbende, een volwassen gebit bezittende: met het zevende jaar is een paard gewoonlijk aftands ; bij aftandse paarden laat zich de ouderdom niet meer met zekerheid bepalen; 2. (gemeenz.) oud, versleten : hij wordt al wat aftands, begint sporen van ouderdom te vertone...
M. J. Koenen's (1937)
bn. (van het tandenkrijgen af): met het zevende jaar is een paard gewoonlijk aftands, h. een volwassen gebit; ook: hij wordt al aftands, men begint de ouderdom te merken.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: