Wat is de betekenis van afstormen?

2024-12-06
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-12-06
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

afstormen

afstormen - regelmatig werkwoord uitspraak: af-stor-men 1. snel, onstuiming of driftig naar iemand toe lopen ♢ op het erf kwam de hond op mij af stormen Regelmatig werkwoord: af-stor-men ik storm af (... ik afstor...

2024-12-06
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afstormen

(stormde af, heeft en is afgestormd), onoverg., 1. zich in snelle vaart verwijderen, wegspoeden : de soldaten legden aan en verschrikt stormde het volk (van) de markt af ; 2. op iemand of iets afstormen, met hevigheid recht op iem. of iets toesnellen, in volle vaart er op aanrennen: de trompet klonk en daar stormde de ruiterij op de vijand...

2024-12-06
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

afstormen

('af) (stormde af, afgestormd) I. (heeft en is) naar beneden stormen. II. (is) 1. zich in snelle vaart verwijderen : van het plein -. 2. zich in snelle vaart in een bepaalde richting begeven : op iemand -.

2024-12-06
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

AFSTORMEN

Afstormen (stormde af, heeft en is afgestormd), (van voetgangers en ruiters) zich in snelle en geweldige vaart verwijderen, wegspoeden: de soldaten legden aan en verschrikt stormde het volk van de markt af of de markt af; op het gegeven bevel stormden de ruiters het plein af; — (ook dicht.) van zeevarenden gezegd die in aller ijl van eene pla...

Gerelateerde zoekopdrachten