Wat is de betekenis van AFSLUITING?

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

afsluiting

afsluiting - Zelfstandignaamwoord 1. iets afsluiten Door de afsluiting kreeg hij geen stroom meer. 2. beëindiging. Het Suikerfeest is de afsluiting van de ramadan. 3. een voorwerp dat ervoor zorgt dat iets afgesloten wordt ...

2024-04-19
Historische collectie Nederland

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

afsluiting

Hekwerk, borstwering van hout, steen of ijzer, o.a. om een kapel van de hoofdruimte van een kerk af te scheiden. Bij een koor onderscheidt men het koorhek van de koorafsluiting.

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

afsluiting

afsluiting - zelfstandig naamwoord uitspraak: af-slui-ting 1. het niet beschikbaar zijn of worden ♢ als je niet betaalt, dreigt afsluiting van de elektriciteit 2. het niet open staan voor contact ...

2024-04-19
Projectmanagement

Projectmanagement

Afsluiting

Een activiteit waarbij duidelijk is dat het project is afgelopen (mogelijk nog wel nazorg).

2024-04-19
Lexicon voor de kunstvakken

Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)

afsluiting

Afsluiting is een reeks van oefeningen die het lichaam, na het volgen van een dansles of het uitvoeren van een presentatie (3), tot rust brengt; is van belang om spierpijn en blessures te voorkomen.

2024-04-19
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

afsluiting

afsluiting - Objecten of verzamelingen objecten die afscheiden, apart houden, afbakenen of dienst doen als barricades.

2024-04-19
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Afsluiting

1. In de boekhouding sluit men de rekening af door het saldo op de zijde met de laagste telling bij te schrijven, waardoor de totaaltellingen aan beide zijden gelijk worden; zie balans. 2. Ook contracten worden afgesloten, b.v. een koopovereenkomst.

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Afsluiting

s., ôfsluting, ôfskoatteling; (van land), freding.

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afsluiting

v., 1. de daad van afsluiten : de afsluiting van een kamer, van een terrein, van een water, van de stoom, van een rekening, van een koopmansboek, van een dienstjaar ; 2. het zich afsluiten : de afsluiting van de wereld maakt het hart niet beter ; 3. (-en), iets dat dient om een ruimte van de aangrenzende ruimte of twee voorwerpen van elkand...