Afpingelen
v., ôfpingelje; iem. alles —, immen útpingelje.
Van Dale Uitgevers (1950)
(pingelde af, heeft afgepingeld), 1. door aanhoudend dingen met moeite een kleinigheid van de koopprijs afkrijgen, kleingeestig afdingen: zij heeft er nog een halve stuiver af gepingeld ; 2. absol. : afdingen : hij wilde weer af pingelen, maar kreeg er niets af.
Jozef Verschueren (1930)
('af) (pingelde af, heeft afgepingeld) Gemz. kleingeestig afdingen : enige centen op de prijs –. Syn. →: afbieden.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: