afmeting
afmeting - Zelfstandignaamwoord 1. de ruimte die iets in beslag neemt (lengte, oppervlak, inhoud etc.) ♢ De afmeting van de bank is te groot voor onze woonkamer. Woordherkomst Naamwoord van handeling van afmeten met het achtervoegsel -ing
Wiktionary (2019)
afmeting - Zelfstandignaamwoord 1. de ruimte die iets in beslag neemt (lengte, oppervlak, inhoud etc.) ♢ De afmeting van de bank is te groot voor onze woonkamer. Woordherkomst Naamwoord van handeling van afmeten met het achtervoegsel -ing
Muiswerk Educatief (2017)
afmeting - zelfstandig naamwoord uitspraak: af-me-ting 1. hoe lang, breed of hoog het is ♢ heb je de afmetingen van die kast opgeschreven? Zelfstandig naamwoord: af-me-ting de afmeting d...
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-en), 1. (w. g.) de daad van afmeten:bij de afmeting bleek, dat het stuk linnen twee meter te kort was ; 2. lengtemaat in een der hoofdrichtingen; in het mv. : lengte, breedte en hoogte : de afmetingen van de kamer zijn 6 bij 5 bij 4 m ; een standbeeld van. reusachtige afmetingen; de afmetingen van het tentoonstellingsgebouw overtreffen...
M. J. Koenen's (1937)
v.-en; 1. het afmeten: wees bij de afmeting tegenwoordig; 2 grootte: een gebouw van reusachtige afmetingen; 3. meetk. richting, waarin een lijn, een vlak of een lichaam zich uitstrekt: een lijn heeft één afmeting, een vlak twee afmetingen, een lichaam drie afmetingen.
Jozef Verschueren (1930)
('af) v. (–en) I. Eig. het afmeten. II. Metn. 1. [door afmeting verkregen] grootte : een gebouw van reusachtige –en. 2. een der drie richtingen waarin iets kan afgemeten worden : een lijn heeft één –, een vlak twee, een lichaam drie –en.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: