Wat is de betekenis van Afmaken?

2024-04-19
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

afmaken

1. (1642) (inf.) doden (op brute wijze). • Daadlyk gaf hy hem drie steeken in den rug, en zou hem afgemaakt hebben... (Vaderlandsche letter-oefeningen of tijdschrift van kunsten en wetenschappen. 1798) • Een Europeesch soldaat stond er voor; deze werd terstond door hem afgemaakt met eene kleine kris, welke hij bij zijne gevangenneming v...

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

afmaken

afmaken - Werkwoord 1. (ov) iets tot voltooiing brengen Heb je je werk al afgemaakt? 2. (ov) doden, euthanasie bedrijven op een dier Ter bestrijding van de epidemie werd op grote schaal het vee afgemaakt. 3. iemand zoveel negatieve kritiek geve...

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

afmaken

afmaken - regelmatig werkwoord uitspraak: af-ma-ken 1. ervoor zorgen dat het klaar is ♢ Tina heeft de oefening afgemaakt 2. een mens of een dier dood maken ♢ de zieke koe werd afgemaakt ...

2024-04-19
Jargon & Slang van Voetballers

Marc De Coster (2017)

Afmaken

Afmaken - verslaan, overwinnen.

2024-04-19
Bridge Opzoekboek

drs. Toine van Hoof (2017)

afmaken

Van het bieden: een bod doen waarop naar alle waarschijnlijkheid door de overige drie spelers zal worden gepast. Zie ook: stopbod

2024-04-19
Kuifje in Vlaanderen

Michel Uyen

afmaken

Dat meisje had het net met haar lief afgemaakt (met haar vriend uitgemaakt).

2024-04-19
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

afmaken

De hedendaagse verwensing maak mekaar maar af. is van hetzelfde kaliber als val dood! en heeft als emotionele betekenis ‘slacht elkaar maar af, ik heb een vreselijke hekel aan je’.

2024-04-19
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

afmaken

: het afmaken (maakte het af, heeft het afgemaakt), (verouderend) sterven. In de omgeving stonden schreiende familieleden, wachtende op de boodschap van een oppasser dat vader, zoon of broer het zonet had afgemaakt en onmiddellijk begraven zou worden ( ) (Waller 127). Etym.: Vgl. AN a. = o.m. doden.

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Afmaken

v., ôfmeitsje; (van werk), dien (wurk) meitsje; zich haastig van het werk —, it wurk in slinger oan ’e earen jaen, in klap foar it gat jaen, it wurk mei in slinger (en in slach) dwaen; zich met een zoet lijntje van iem. —, immen ôfka(e)rdzje; (doden) dea meitsje, kâld meitsje.